Als laatste reflex wordt het Hoofdrechtingsreflex behandeld welke juist aanwezig moet zijn en blijven vanaf 10 maanden na de geboorte. Deze reflex hoort ook bij de houdingsreflexen. Deze reflex zorgt ervoor dat wanneer het lichaam van positie veranderd het hoofd automatisch in de verticale stand blijft staan.
Alleen wanneer dit zo is kunnen de ogen zich goed focussen omdat het beeld dan stil blijft staan. Hierdoor wordt de concentratie beter en ook het geheugen. Wanneer deze reflex afwezig blijft, zal het kind moeite hebben zijn ogen op hetzelfde punt en dezelfde afstand te focussen. Ook zal het kind veel problemen hebben met de houding zoals bijvoorbeeld het ‘recht’ zitten op een stoel.Hierdoor zal de leesvaardigheid beïnvloed worden.
Ook heeft het kind dan moeite met zijn balans, omdat zijn wereld om hem heen lijkt te draaien.
Het is gebleken dat vele kinderen vaak ten onrechte hyperactief worden genoemd, of dat men denkt dat ze dyslectisch zijn. Vaak blijkt dat de bovengenoemde symptomen met de verdere ontwikkeling van de posturale reflexen vanzelf verdwijnen.
Hoofdrechtingsreflex (HRR) en Labyrinth hoofd rechtingsreflex (LRR)
De ontwikkeling van posturale reflexen vindt plaats in de postnatale motorische ontwikkeling. De eerste taak voor een kind is zijn hoofd en spiertonus te leren beheersen, voordat verdere gecontroleerde willekeurige beweging mogelijk is. Hier kan je kijken of de vragenlijst bij je kind van toepassing is.
Rechtingsreactie
Dit zijn reacties op de zwaartekracht die worden veroorzaakt door samen optredende somatosensorische, visuele en proprioceptieve invloeden wanneer deze drie inputs beschikbaar zijn en goed functioneren. Met uitzondering van de oculaire hoofdrechtingsreflex zijn deze voor het grootste deel geïntegreerd in de nuclei van de middenhersenen.
Deze geleidelijke volgorde van controle over het hoofd gedurende de eerste 2-4 levensmaanden luidt de ontwikkeling van de oculaire en labyrintische hoofdrechtingsreflexen in. Samen zorgen deze ervoor dat het hoofd in een middellijnpositie (loodrecht op de grond bij rechtopstaande stand) blijft, ondanks de beweging van andere lichaamsdelen die actief of passief wordt teweeggebracht. De oculaire hoofdrechtingsreflexen worden via visuele prikkels geactiveerd, terwijl de labyrintische hoofdrechtingsreflexen afhankelijk zijn van vestibulaire informatie.
Beide behoren samen te vallen om nauwkeurige gegevens te verschaffen teneinde de positie van het hoofd te kunnen aanpassen. Als deze niet volledig kunnen worden ontwikkeld of er slechts één goed wordt ontwikkeld, gaat dat ten koste van het evenwicht, gecontroleerde oogbewegingen en de visuele perceptie. Spierspanning in de nek en het schoudergebied, en een slechte houding kunnen daarom de symptomen van onderontwikkelde hoofdrechtingsreflexen zijn, omdat de 44 paar nekspieren die het hoofd rechtop moeten houden, zonder steun van onwillekeurige rechtingsreacties het hoofd proberen te blijven controleren.
In de rugpositie wordt het hoofd later gecontroleerd; dit betekent dat het kind ongeveer vijf maanden oud is voordat het zijn hoofd in deze positie kan opheffen en enige tijd boven de ruggengraat kan houden.
Vul de vragenlijst reflexintegratie in voor jouw kind en neem dan contact op met een INPP therapeut bij jou in de buurt.